In de eerste helft van 2024 zijn bijna 4 procent minder nieuwbouwwoningen opgeleverd dan in 2023. Dat blijkt uit cijfers van het CBS. Zo zijn er ook minder fabriekswoningen gebouwd dan verwacht, wat juist versnelling moet brengen. Hierdoor neemt de krapte op de woningmarkt verder toe. Dat is slecht nieuws voor woningzoekenden. Maar hoe komt dit?
De toekomst
Momenteel komt ca. 15 procent van alle nieuwe woningen uit de fabriek. Dat aandeel moet stijgen maar versnelling blijft vooralsnog uit. Bij fabrieksmatig bouwen kunnen machines, robots en digitalisering de plaats van een medewerker in nemen en zo het tekort aan personeel in de bouwsector opvangen. Daarnaast kan fabrieksmatig bouwen de druk op de toenemende bouwkosten verlagen.
Ingewikkeld voor bouwbedrijven
In een voorspelbare wereld werkt opschalen prima. Maar in de bouwwereld is dat een stuk ingewikkelder: de afhankelijkheid en onzekerheid van externe factoren zoals rente, wet- en regelgeving en beschikbare locaties is hier groot. Ook is produceren op voorraad veel te kostbaar. De marges in de bouw zijn hiervoor te dun.
Tijd voor samenwerking
Inmiddels zijn er meerdere initiatieven in fabrieksmatige bouw in Nederland met een grote variatie in aanpak en allemaal relatief kleinschalig. Een verstandige keuze uit oogpunt van risicomanagement, want investeren in fabrieksmatige bouw is kostbaar en tijdrovend.
De zo noodzakelijke opschaling bereiken we alleen met intensievere samenwerking tussen bouwers, investeerders en andere belanghebbenden. Alleen dit leidt tot meer fabrieksbouw, vanwege de mogelijkheid om ook voor derden te produceren en zo een betere spreiding van de bijbehorende risico’s voor betrokken partijen. Voor woningzoekenden betekent een intensievere samenwerking meer mogelijkheid op het vinden van een woning.
Bestel nu de beste boeken over Ondernemerschap!
Via onze partner managementboek.nl